Het industriële conglomeraat liet woensdag weten dat de nettowinst is gedaald
van 82 miljoen euro in het tweede kwartaal van vorig jaar tot 300 duizend
euro in het afgelopen kwartaal.

Stork wijt de winstdaling vooral aan hogere ontwikkelingskosten bij de
NH90, waarin het concern voor 5,5 procent deelneemt. Voor de helikopter zijn
al 495 orders binnengekomen, volgens Stork veel meer dan in de jaren
negentig werd voorzien. Het programma heeft echter aanzienlijke vertraging
opgelopen. Ook zijn er inmiddels meerdere toestelvarianten, waardoor de
ontwikkelingskosten toenemen.

In het tweede kwartaal is een voorziening getroffen van 35 miljoen voor de
problemen. Zonder de voorziening zou de nettowinst ook zijn gedaald, maar
Stork boekte vorig jaar een bijzondere boekwinst van 65 miljoen euro op de
verkoop van het onderdeel Worksphere.

De omzet van Stork steeg in het tweede kwartaal met 4 procent tot 555
miljoen euro.

Stork maakte ook de gedeeltelijke verkoop van het onderdeel Prints bekend. De
Belgisch-Nederlandse investeerder Bencis Capital Partners koopt voor 73
miljoen euro een belang van 60 procent in het onderdeel dat machines maakt
voor textieldruk en grafische druk. Stork wil ook af van de overige 40
procent.

Stork hoopt zelf nog altijd te worden overgenomen door de Britse
investeringsmaatschappij Candover. Daarmee is 1,5 miljard euro gemoeid. De
overname ondervindt nog weerstand van een aantal grote aandeelhouders,
waaronder het IJslandse Marel. Stork-topman Sjoerd Vollebregt zei woensdag
dat deze weerstand kan worden doorbroken danwel omzeild.

Marel is tegen de overname omdat het zelf interesse heeft in de Stork-divisie
die slachtmachines produceert. De IJslandse onderneming is ook actief in
deze branche.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl